De derde ronde van het cao-overleg ziekenhuizen op 6 oktober jl. verliep in constructieve sfeer. Werkgevers hadden in de zomer de tijd genomen de onderwerpen voor te bereiden die ze met de vakbonden wilden bespreken om tot een goede cao te komen. FBZ en de andere bonden hadden al in een eerdere fase hun voorstellen toegelicht.
Goede afspraken voor alle medewerkers
De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) gaf aan dat de financiële ruimte beperkt is en dat zij daarom bij voorkeur gaan voor een kortlopende cao met beperkte aandacht voor inhoudelijke zaken. Niet beleidsarm, maar het is wel de wens de meeste inhoudelijke voorstellen door te schuiven naar het cao-overleg na 2022. De tijd daartussen kan gebruikt worden voor de voorbereiding. De door Den Haag beschikbaar gestelde ‘extra financiële middelen’ wil men aanwenden voor de middengroepen, conform het SER rapport Aan de slag voor de Zorg. Daarnaast heeft de NVZ nadrukkelijk het standpunt dat er een fatsoenlijke cao moet komen met goede afspraken voor álle medewerkers in de ziekenhuizen.
De komende weken zal de NVZ nagaan of en zo ja hoeveel ruimte er is voor inhoudelijke thema’s als ongewenste flex en diensten/werktijden versus balans werk en privé. De vierde en vijfde overlegronde zijn gepland voor medio november en begin december.
Sectoranalyse
Ondertussen werken cao-partijen samen met FWG aan een gezamenlijke sectoranalyse voor de ziekenhuizen in het kader van de Tijdelijke Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid & Eerder Uittreden (MDIEU). Dit gebeurt met betrokkenheid van leden van onze cao-klankbordgroep.